Terug naar alle nieuwsberichten

Dag van de Docent: Paul Ribbink

5 oktober is de dag van de leraar. Hét moment om stil te staan bij onze leraren en de kunst van het lesgeven. Dat doen ze vol enthousiasme en met veel persoonlijke aandacht voor elke leerling. Zo leren leerlingen op een effectieve en leuke manier. En als een les je echt raakt, zul je het nooit vergeten! Paul Ribbink, docent geschiedenis en leerlingbegeleider bij Luzac Hilversum, is hiervoor uit het juiste hout gesneden.   

Wilde je altijd al geschiedenisdocent worden? 

‘’Mijn interesse voor geschiedenis is er eigenlijk met de paplepel ingegoten. Mijn vader heeft geschiedenis gestudeerd en overhoorde mij altijd grondig vóór de geschiedenistoetsen. Ik kwam daardoor altijd goed beslagen ten ijs en klasgenoten wisten mij altijd te vinden voor extra uitleg. Toen merkte ik hoe leuk ik het vond om anderen te helpen. 

Ik haalde mijn havodiploma en ging voor de opleiding tot geschiedenisdocent. Al snel kwam ik tot het besef dat ik naar de universiteit wilde om Geschiedenis te studeren. Ik moest wél eerst een paar vwo-deelcertificaten halen om toegelaten te worden. Zo verliet ik het hbo en haalde ik deze certificaten bij Luzac! Tijdens het vwo-examenjaar bij Luzac gaf ik al met veel plezier bijles aan andere leerlingen, waardoor ik mijn toekomst als docent voor me ging zien. Met mijn vwo-diploma op zak kon ik met een gericht doel aan mijn studietijd te beginnen.  

Tijdens mijn studie keerde ik weer terug naar Luzac. Dit keer om aan de andere kant van het bureau te staan! Ze zochten steunlesdocenten en dachten aan mij. Een mooie bijbaan, ik heb hier echt geleerd hoe ik les moet geven.  

Sindsdien ben ik nooit meer weggegaan. Ik geloof namelijk echt in kleine klassen en aandacht voor de leerlingen die we hier kunnen bieden. Ik heb inmiddels een volledige betrekking bij Luzac. En wat ik ook zo leuk vind, is dat je hier ontzettend veel kunt doen. Ik combineer het docentschap met leerlingbegeleiding, begeleiding bij het schrijven van profielwerkstukken en studiebegeleiding voor leerlingen van andere scholen. Daarnaast doe ik nog een Master Geschiedenis van de internationale betrekkingen. Een druk schema, maar ik word er blij van!’’ 

Wat vind je het allerleukste aan docent zijn? 

‘’De combinatie van werken met mensen en bezigzijn met iets intellectueels. Ik vind mijn vak, geschiedenis, ontzettend leuk. Maar de groei van leerlingen bestaat uit zo veel meer dan kennis opdoen. Iedereen heeft een eigen hulpvraag en dankzij ons kleinschalige onderwijs kan ik goed differentiëren om elke leerling zo persoonlijk mogelijk te helpen. De route naar optimaal leersucces en -plezier bestaat lang niet altijd uit extra steunlessen of meer aandacht voor leren leren. Met de ene leerling train ik nog wat vaker de studievaardigheden of ga ik nog eens zitten voor een geschiedenishoofdstuk en de ander help ik om te gaan met faalangst. Mijn rollen als docent en leerlingbegeleider komen daarbij mooi samen. 

Ik weet als oud-leerling goed hoe fijn het is als docenten zien wat je nodig hebt. Ik was heel zelfstandig en haalde goede cijfers. Dan laten ze je ook voldoende los. Maar er is natuurlijk altijd ruimte voor groei. Ik kwam regelmatig te laat en structuur was niet echt mijn ding. Ik vind het leuk dat de docenten die mij hier vroeger mee hielpen nu mijn collega’s zijn! 

Als docent kun je een ontzettend positieve impact hebben op de schooltijd van jongeren. Dat vind ik veel waard. Sommige leerlingen die bij ons binnenkomen, zijn hun leerplezier kwijtgeraakt. Dat je op een plek terechtkomt waar je je prettig voelt én goed kunt leren, betekent ontzettend veel.’’ 

Wat voor ontwikkeling heb je doorgemaakt als docent?  

‘’Ik merk zeker dat ik meer ervaring krijg! Hoe langer je iets doet, hoe meer situaties je herkent. Als het om geschiedenis gaat, geldt voor de meeste leerlingen: je vindt het interessant of je hebt er niks mee. Daarom probeer ik de stof niet te ‘stoffig’ te maken. Die bied ik in hapklare brokken aan. Of ik maak het actueel en ga er met leerlingen over in gesprek. Natuurlijk ontkom je niet aan een concrete uitleg van de stof, maar het is heel lastig om een uur lang naar een docent te luisteren. Ik probeer leerlingen dan ook mee te nemen in de belevingswereld van toen en ze dingen te laten zien. Zo gaat de materie veel meer leven, wordt het interessanter en blijft het ook beter hangen.’’ 

Heb je een herinnering die je nooit zult vergeten? 

‘’Vorig jaar slaagden alle 24 leerlingen die ik drie jaar lang heb begeleid in één keer voor hun examens. Doordat je zo betrokken bij ze bent, weet je waar ze vandaan komen. Sommigen hadden ontzettend heftige dingen meegemaakt. Deze situaties hebben óók impact op school. We geven niet alleen vakinhoudelijke ondersteuning waar nodig, maar zijn er ook voor ze door simpelweg aandacht te geven en goed te luisteren. Ook als ze iets te vertellen hebben wat niet over school gaat.   

Ik heb heel veel bewondering voor hoe hard de leerlingen werken. Hoe betrokken we ook zijn, ze doen het toch echt zelf. In juli zag ik alle 24 kanjers vol trots hun diploma in ontvangst nemen. Dat was een bijzonder moment.’’